Dit herinnert mij altijd aan een college statistiek op de universiteit, waar de docent eens op zijn praatstoel ging zitten en begon over “liegen met statistieken”. Dit was voor mij een zeer indrukwekkend college, omdat de docent met enkele simpele voorbeelden over werkloosheidscijfers het Grote Gelijk kon aantonen van álle meningen daarover. Zowel dat de werkloosheid daalde, als steeg, als gelijk bleef, als historisch hoog was, als historisch laag was. Gewoon door wat te schuiven met assen, onderdelen van de grafiek wel of niet liet zien. Sindsdien geloof ik geen enkele grafiek meer…
“De voorspellingen zijn alleen geldig als de overige invloeden niet veranderen. Ja, zo kan ik het ook.“
Dit soort discussies zie je veel in bijvoorbeeld de politiek, en bij onderhandelingen tussen werkgevers en werknemers. “Bedrijf X maakt honderd miljoen winst, dus de salarissen kunnen wel 10% omhoog”. Vergeten wordt dan voor het gemak dat bedrijf X voor het eerst in 5 jaar winst maakt, in vorige jaren veel meer geld heeft verloren, en dat de vooruitzichten ongunstig zijn. Voorbeeld: gasprijzen. Of dat die 100 miljoen betekent dat bedrijf X slechts 0,1% winst maakt. Of nog veel meer valide argumenten zowel vóór als tégen een salarisverhoging.
Een ander voorbeeld is de hockeystickgrafiek: “Het gaat nu goed, maar binnenkort gaat het beter”. Economen zijn hier erg goed in. En ze hebben achteraf altijd gelijk, omdat ze van het “ceteris paribus”-principe uitgaan: de voorspellingen zijn alleen geldig als de overige invloeden niet veranderen. Ja, zo kan ik het ook.
“Als techneut val ik altijd graag terug op feiten, wiskunde en natuurwetten. Maar ik weet ook dat dit mij een vreemde eend in de bijt maakt.”
Nog zo’n overweging is één van de basisregels voor marketing: het gaat er niet om wat je eigen mening is, maar het gaat erom wat de feitelijke data van je doelgroep zegt. Als de marketeer van een chocoladefabriek zelf absoluut niet van pure chocolade houdt, mag dat zijn mening over dat product niet beïnvloeden. Heel lastig, zo blijkt elke keer maar weer. Het argument bij marketing moet niet zijn “ik vind dat…”, maar: de “data geeft aan dat….”. En dat altijd weer met een stukje onzekerheid, want absolute waarheden bestaan alleen in de wiskunde, en zeker niet in de marketing.
Ik weet het ook niet. Als techneut val ik altijd graag terug op feiten, wiskunde en natuurwetten. Maar ik weet ook dat dit mij een vreemde eend in de bijt maakt, want we worden allemaal gedreven door emoties. Als je net iemand verloren bent aan Covid, ziet de statistiek er heel anders uit dan wanneer je zorgvuldig opgebouwd bedrijf op de rand van faillissement staat door coronamaatregelen. Ik ben in ieder geval blij dat ik niet in het OMT of het kabinet Rutte IV zit en hoef te beslissen over het lot van vele mensen.
Ik wens u veel wijsheid en gezondheid!
Bauke Wolters.